dinsdag 16 februari 2010

Uitstrijkje



Ik ben net 39 geworden, maar kan alweer uitkijken naar het volgende decennium, of lustrum, hoe je het ook wilt zien. Het vijfjaarlijkse uitsrijkje komt er dan weer aan. En ik weet nog van de vorige keer: Dat heb je al op de deurmat liggen voordat je "Ik ben veertig jaar" kunt uitspreken zonder met je ogen te knipperen.

De vorige keer ligt mij nog vers in het geheugen. Ik had een uitnodiging gekregen. (Ik heb persoonlijk andere visualisaties bij het woord uitnodiging, iets met wijn en borrelnootjes, maar goed.)

Een paar dagen voor D-Day werd ik gebeld. Dat de dr. die ochtend afwezig was. Of ik een nieuwe afspraak wilde. Of ik kon wel die ochtend komen, en kreeg dan Het Consult met een AIO. (Arts in Opleiding). Naja. Geen probleem. Ik ken niemand die AIO is, dus het zou geen kennis zijn. Prima.
De assistente vermeldde nog dat hij mij uit de wachtkamer op zou halen. Wat zei u mevrouw, is het een meneer? Ja het is een meneer. Is dat een probleem? Uhm, nee hoor, ik ben de kinderachtigste niet.

De dag des oordeels kwam. Vóór mij was een jongetje van een jaartje of 3, met zijn vader. Binnen twee minuten had de AIO het jongetje aan het brullen, en binnen 4 minuten was het alsof het luchtalarm afging. Nou. Dat zag er veelbelovend uit. Even later werd het jongetje nogal bruusk door zijn vader afgevoerd. Misschien was het wel gewoon een zeur-jongetje. Dat kan. Hij zal wel gedacht hebben: Aan mijn lijf geen polonaise. En gelijk heeft ie. Ik denk dat AIO even tijd nodig had om weer tot zich zelf te komen (of de bloedspetters op te ruimen, kan ook) want het duurde een tijdje voordat hij mij kwam halen.

Ik hoorde mijn naam. Ik keek op, en stond oog in oog met Ken. Ken van Barbie. Maar dan met krul in zijn haar. Ik keek hem schaapachtig aan. Dit is toch zeker geen dokter? Hij keek de wachtkamer rond. Ik dacht: Misschien kan ik hier nog ongemerkt ontsnappen. Helaas zaten er buiten mij nog twee mannen, een meisje van een jaar of 16 en een mevrouw, ik schatte haar op een jaartje of 115. Ik overwoog om naar haar te wijzen en te zeggen dat zij Evelyn was, maar aangezien ik de enige was die er tussen de 30 en 100 uitzag (hij had vast mijn geboortedatum al gecheckt) zag ik in dat ik er niet onderuit kon en stond schoorvoetend op.

Hij schudde mijn hand en ging mij voor naar de spreekkamer. De nieuwe spreekkamer weliswaar. De praktijk was heel recent nog uitgebreid, en er liepen nog mannen op het dak. Gelukkig zat er niet zo'n handige lichtkoepel in de spreekkamer. Ik zie mij daar al liggen en dat dan al die bouwvakkers daar boven langs dat raam lopen, brrr.
Eerst even een inleidend gesprekje. (Oef, inleidend is wel een vervelende woordspeling in dit verhaal) Het was een aardige knul. Ik dacht nog bij mezelf: Vroeger waren dokters toch altijd van die gedistingeerde heren? Die in ieder geval veeeel ouder dan mij waren? Is dit nu een teken dat ik ècht oud word?
We hebben even zitten klessebessen over mijn medische verleden, maar ja, dat was met twee minuten uitgekauwd. Ik maakte nog een opmerking over de nieuwe spreekkamer en wilde beginnen over de architectuur van het gebouw, maar Ken was onverbiddelijk. Het Moment was nu dan toch echt aangebroken.

Er was geen apart kamertje. Hij vroeg of ik wilde dat hij er een kamerscherm neerzette. Ik zei: Ja graag, als jij er dan ook achter blijft!" Haha, hij dacht dat ik een grapje maakte. Dat was niet het geval. Gelukkig wilde hij geen gebruik maken van die vreselijke beugels. Daar scoorde Ken toch wel een punt mee. Vanaf hier ben ik het allemaal even kwijt. Zo gauw als er mensen met Eendebekken (wat een vreselijke benaming voor dat instrument!) op mij af komen, gaat bij mij het lampje uit. Ik treed dan even buiten mijzelf, en zit in gedachten met mijn ogen dicht, handen voor mijn oren heel hard een liedje te zingen. Dat hielp. Best snel was het weer voorbij. Ik en Ken waren beiden opgelucht. Ken misschien nog wel meer dan ik, want toen ik zei dat ik niet snapte dat er mensen waren die voor het vak Gynaecologie kozen, knikte Ken mij net iets te wild van Ja. "Ik snap wel dat dat mooi kan zijn met die babietjes en zo, maar verder.." zei ik. Ken wist te vertellen dat tegenwoordig gekozen moet worden uit twee disciplines: Verloskunde en Gyneacologie. Ongelofelijk. Hoe ziek moet je zijn om daar voor te kiezen. Ken en ik stonden beiden even hoofdschuddend over deze kwestie na te denken. Nu de spanning er af was, werd het bijna nog gezellig.

Na nog even (helemaal gekleed) over koetjes en kalfjes te hebben gebabbeld, zat ik voordat ik het wist al weer op de fiets.


En weer thuis had ik een onverklaarbare trek in een sigaret.

woensdag 10 februari 2010

Genieten



Verheugd kijk ik naar buiten: Sneeuw! Hoera! Daar hebben we nog niet zo veel van gezien dit jaar! Heerlijk!

(...)

Er zit niets anders op dan maar weer onder mijn dekbed te kruipen als de jongens naar school zijn, in plaats van te gaan sporten. Uit protest zet ik de wekker niet. Met als gevolg dat ik pas weer wakker word om 10.45 uur. Ook lekker. De sneeuw valt nog steeds, bah. Nou ja, laten we maar niet klagen; liever sneeuw dan een aardbeving.

Een lege dag strekt zich voor me uit, en lege vrije dag om precies te zijn. Ik kan doen wat ik wil. Eerst maar eens puinruimen hier in huis. Niet dat ik aan de vloer blijf plakken, maar een bietje chaotisch ist wel. En verder: ik zie wel. Beetje aanklooien is het fijnste wat er is. Misschien nog een sollicitatiebrief schrijven; de wereld ligt aan mijn voeten. Op dagen als deze kan ik zo genieten van het feit dat ik klaar ben met mijn studie; deze heb ik in april afgerond. Ik heb er een half jaar aan moeten wennen, maar nu geniet ik ook echt van het niets moeten. Tijdens de studie hijgde er altijd wel iets in mijn nek. En nu ben ik echt vrij als ik vrij ben. Ik geniet me helemaal suf.

Bovendien zitten we over twee weken met ons viertjes in Spanje: mijn ouders gaan daar 8 weken naar toe, en wij komen een paar daagjes logeren. Ik heb d'r zo'n zin in! Verder kan ik mij ook enorm verheugen op de nieuwe camera die ik van Prins Op 't witte Paard heb gekregen: Hij is in bestelling (de camera, niet Prins) en ik verwacht hem komende dagen ergens.

Wat een gelukkig mensch ben ik, vrij als een vogeltje!

zondag 7 februari 2010

Jetlag na het winkelen

Verrast stapte ik een paar zondagen terug bij mijn teerbeminde schoonouders binnen. Zij hadden overal nieuwe rolgordijntjes hangen, zag er fris en fleurig uit! (Nou ja, overal is wel een beetje overdreven, alleen voor de ramen, natuurlijk. Voor de keukenkastjes of voor het toilet bijvoorbeeld zou wel heel onhandig zijn. Ze hadden ze zelfs alleen voor de achterramen, nu ik er over nadenk.) In ieder geval: Ik vond mooi! Kwamen ze met een mededeling waar ik blij van word: Vette opruiming bij de Praxis. Opruiming in de vorm van 75% korting op de rolgordijntjes! Ik kan nog wel een paar rolgordijntjes gebruiken voor de openslaande keukendeuren. Maar ik dacht bij mezelf: Ik zal wel weer te laat zijn, dus laat maar zitten.
In Het Dorp hebben wij namelijk geen Praxis, neen. Ook geen Gamma, Karwei or what so ever. Wel een Fixet, maar daar is het ook niet echt Verdwalen, of zo.

Het toeval stuurde mij een paar dagen daarna, na een vroeg dienstje langs de Praxis Megastore in Grote Stad. Over verdwalen gesproken: voor een boerendeerne als ik is het met grote ogen rondlopen en je vergapen. Ja, ook in een bouwmarkt kun je je vergapen, als je niet zoveel gewend bent. Het was even zoeken, maar uiteindelijk vond ik dan de afdeling rolgordijnen en aanverwante zaken. Verwilderd keek ik om mij heen. Okee, er hing niet zo heel veel meer, maar twee gordijntjes voor de kekke keuken moeten toch nog wel te vinden zijn. Toen ik er over nadacht, kon ik ook nog wel een rolgordijntje voor de badkamer gebruiken. En de jongens gaan van het weekend van kamer ruilen, en een PSV-gordijn op de kamer van een Feyenoord-fan is natuurlijk vloeken in de kerk. Dat zie ik –als Voetbalmelaatse- zelfs in. Trouwens: Een rolgordijn in de kamer is ook niet verkeerd, aangezien Prins op ’t Witte Paard en ik al vijf jaar lang in discussie zijn over het rendement van de centrale verwarming achter een stel velourse gordijnen.

Drie kwartier verloor ik mij in de wereld van Het Rolgordijn. De jaloezieën waren ook in de aanbieding, maar die vind ik lillek, dus de keus werd gelukkig al minder. Ik kan namelijk over het algemeen niet zo goed omgaan met te veel keus. Zelfs als ik zoiets simpels als een spijkerbroek ga kopen, word ik overweldigd door het aanbod: Slimfit, Drainpipe, Straight, Baggy, Hoge taille, Flair Pipe, Sigarettenpijp, Wortelbroek of Bootcut, zeg het maar eens.

Maar goed, ik dwaal af. Hoewel het van rolgordijntje naar spijkerbroek een kleine stap is, natuurlijk.

Toen ik mij naar de kassa begaf, met onder mijn arm maar liefst zeven rolgordijnen, variërend van 60 tot 160 cm breed, had ik een enorme grijns op mijn gezicht. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat dit er ietwat hysterisch uit kan zien, voor de oplettende voorbijganger. Maar goed, ik was helemaal gefocust op mijn fantastische aankopen, dus ik trok mij van omstanders niets aan. Wel ontwaarde ik in mijn linker ooghoek een Man In Pak met zo’n V-tje op zijn torso, die mij volgde naar de kassa, en zich posteerde op kwart voor negen, links achter mij dus.

Blij vernam ik de totale schade van de caissière: € 68,48! Voor zeven rolgordijnen! Dat is minder dan een tientje per stuk! Dat is een goede koop. De grijns scheurde bijkans mijn gezicht door midden. Tot ik mijn portemonnee trok. En ontdekte dat ik mijn pinpas niet bij mij had. Ik herhaal: Ik heb de koop van het jaar, en ik-heb-mijn-pinpas-niet-bij-mij. Ik lachte lief naar de caissière, die er inmiddels wat minder toeschietelijk uit zag, en giechelde: “Oh. Hihi. Ik heb mijn pinpas niet bij mij.Hihi.” Ik had wel wat ik noem mijn zakgeldpasje bij mij, maar, omdat ik een gat in mijn hand heb (zeg maar gerust: Geen hand heb), staat daar doorgaans niet zo heul lang iets op. Hooguit 1 dag. En dan ist alweer op. Voor de vorm trok ik dit pasje door het sleufje. “Maximum bereikt, betaal anders”, meldde het automaatje mij onverbiddelijk. Ik legde € 20,- cash op de balie, en probeerde het nogmaals. Helaas. Nog steeds de mededeling “Maximum bereikt, betaal anders” Anders? Anders? Hoe dan? Een dansje doen? Een liedje zingen? Streaken? Een fractie van een nanoseconde voelde ik een waanzinnige & woeste bui op komen. Het zal mij toch zeker getverdegetver, gossiemijntje, jemineetje niet overkomen dat ik de koop van het jaar mis ging lopen?! Nondeju, dat zou wel een zeperd zijn zeg!

Maar, zelfs ik heb wat geleerd in de afgelopen jaren en besloot niet te verblikken of te verblozen. (Alsof dat een keuze is). Ik zei wel: “Oh jeetje, ik schaam mij diep”. Maar dit was natuurlijk maar een holle frase. Snel overwoog ik mijn mogelijkheden.
1. Terug naar het werk en daar een greep doen in de kas van de baas.
2. Terug naar het werk en daar bij collega’s gaan bedelen
3. Prins op het Witte Paard bellen en hem verzoeken om in zijn zuurverdiende lunchpauze via internetbankieren geld naar mijn zakgeldrekening over te maken en het dan nogmaals proberen. (Ja, hee: hij zou er toch ook voordeel van hebben, of niet soms?)
Mogelijkheden 1 & 2 vielen vrijwel direct af, omdat er in de zorg geen droog brood te verdienen is, en zelfs de baas geen kas heeft, of in ieder geval weet ik niet waar deze zich bevindt. Maar nu ik er verder over nadacht, was mogelijkheid 3 al helemaal geen optie, omdat Prins Op ’t Witte Paard helemaal geen tijd had voor een lunchpauze op zich, omdat hij een afspraak had bij de mondhygiëniste. Over drie kwartier, om precies te zijn. Waarvoor hij toch echt de auto nodig had. Die op de parkeerplaats bij de Praxis in Enschede stond. Een snelle rekensom leerde mij dat ik ongeveer drie kwartier de tijd had om een uur in te proppen.

En op dat moment, beste mensen, bleek dat ik in al die jaren toch wel wat geleerd heb. Ik bleef volkomen koelbloedig. Niet alleen koelbloedig aan de buitenkant, neen, ook inwendig bleef ik kalm en onverschrokken. Dit koopje ging ik niet aan mijn neus voorbij laten gaan! Achteruit laten leggen tot de volgende dag was volgens de caissière geen optie, daar het wel een heul goedkoop koopje was. Een paar uur dan, tja, daar ging ze schoorvoetend met de hakken in het zand mee akkoord. Niet van harte, maar dat kon mij op dat moment geen ruk schelen. Met een serene glim lach op mijn gezicht wrong ik mij door de ellenlange rij die zich achter mij had geschaard terug de winkel in, en gaf met een stralend gezicht mijn gordijntjes af aan de jongen achter de servicebalie (die er niet al te snugger uitzag) af, en gaf zonder blikken of blozen de naam van mijn collega op. Die zou mij deze dienst vast wel willen bewijzen, en deze naam is makkelijker te spellen dan mijn eigen achternaam. Snelheid was geboden, en met een vaartje van gemiddeld 150 km per uur spoedde ik mij huiswaarts. Alwaar ik mijn record verbrak: in exact 21 minuten was ik thuis. Prins stond al te springen van ’t ene been op ’t andere been, want die snapte niet waar ik bleef. Bleek dat hij mij onderweg twee keer had gebeld, maar ja, niet gemerkt hè: Prioriteit was veilig en vooral snel thuis komen, en daar had hij uiteindelijk alleen maar profijt van.

Eenmaal binnen begon de adrenaline te spuiten. Mijn volgende missie was natuurlijk om die rolgordijntjes te krijgen waar ze horen: bij mij, en daar had ik toch echt de hulp van mijn dierbare collega’s voor nodig. Ik ging op een gerieflijke stoel zitten en nam de telefoon ter hand, legde de gehele situatie uit aan collega W, die kordaat handelde en mij beloofde het helemaal voor elkaar te maken. Waarna ik mij wat vervelend voelde, omdat ik een bonnetje had meegekregen. Waarvan ik vermoedde dat W. deze wellicht zou kunnen gebruiken. Waarna ik voor de tweede maal met de arbeidsbasis telefoneerde, waar ik afsprak het te zullen faxen. Maar omdat ik niet in het bezit ben van een fax, moest dit in de plaatselijke boekhandel geschieden. Ik heb heldhaftig als ik ben, door de snijdende kou op de fiets de lange tocht ondernomen naar het bruisende centrum van Het Dorp, om in de boekwinkel te constateren dat ik het betreffende bonnetje niet bij me had. En menschen: het onwaarschijnlijke gebeurde: ik liet mij nog immer niet uit het veld slaan. Waarbij ik u er op wil wijzen dat dit alles zich afspeelde na een tweede achtereenvolgende vroege dienst. Ik bedoel: ik ben niet op mijn best als ik twee dagen achtereen ruw uit mijn slaap word gerukt op het onchristelijke tijdstip van 5.15 uur.

Nadat ik naar huis ben gefietst, en terug naar de boekwinkel, gefaxt heb, op ziekenbezoek ben geweest, gekookt, gegeten met het voltallige gezin, opgeruimd, een half-om-half afspraak om vanavond anders morgen te gaan sporten op zak, en een verlossend telefoontje van collega W. dat de gordijntjes veilig en wel bij haar in de auto lagen, moest ik dan toch de handdoek in de ring werpen. Ik kon nog net de sportafspraak voor zowel vanavond als morgen afbellen, en toen zeeg ik neer op de bank. Volkomen leeg en uitgeput. Op. De lamp ging uit en de man met de hamer kwam langs. Ik ben daar niet meer goed voor, voor vroege diensten. Voor late diensten ook niet eigenlijk, als ik eerlijk ben. Als in een droom zag ik nu en dan gezinsleden aan mij voorbij trekken, de tegenwoordigheid van geest om adequaat te reageren had ik niet meer. Die black-out duurde in totaal ongeveer anderhalf uur, en toen was ik weer helemaal het heertje. Was ik nog net op tijd om jongste een nachtzoen te gaan geven. Tjee, ben ik een keer thuis, is de hele avond versjteerd omdat ik het niet trek. Ja, mijn gezinsleven ligt enigszins op mijn gat.

Nu zit ik dus met een jetlag. Het ziet er niet naar uit dat ik de eerstkomende 3 uur mijn ogen dicht zal krijgen.

donderdag 4 februari 2010

Pfft.

Vroege diensten, ver-skrik-lek. Ik ben er geen ster in, in opstaan om 5.15 uur. Met moeite zit ik om iets voor 6 in de auto en arriveer ik net voor half 7 op het werk. Heel soms kom ik de dag na de vroege dienst nog een beetje fatsoenlijk door, maar vaker ben ik de hele dag nog rommelig in mijn hoofd. Mijn hoofd, en mijn haar. Mijn har is eigenlijk de barometer van mijn innelijke ik. Zit dat een klein beetje fatsoenlijk, dan ist van binnen meestal ook goed. Maar het kan ook wel eens voor komen dat mijn haar niet zit (lees: wild) en dat ik me dan toch wel een soort van Zen voel.

Vandaag schommel ik een beetje tussen beide werelden in. Ik heb mezelf vanmorgen voor vertrek aanrid uit de kreukels kunnen trekken, en heb redelijk gefunctioneerd. Na het werk nog een verjaarsvisitje afleggen bij onze min-of-meer-derde zoon (vriendje van oudste), en daarna was het klaar. OP de bank won de zwaartekracht het van mijn oogleden. En ik voel een soort van vulling in mijn holtes. Misschien valt het mee, ik hoop het. Kijk uit naar een heerlijk avondje alleen met jongste als Prins en Oudste naar een concert in de HMH zijn, dus een voorhoofdholteonsteking kan ik niet gebruiken.

woensdag 3 februari 2010

Structuur

Als ik een vrije dag heb, en deze nog maagdelijk voor me ligt, heb ik allerlei voornemens voor die dag. Ik ga van alles doen. Dat badkamerkastje schilderen die ik vorige week bij de kringloop op de kop heb getikt. De badkamer soppen. De administratie bijwerken. De gehele benedenverdieping stofzuigen, alsmede de boven- en zolderverdieping. De was wegwerken. Algehele orde scheppen in dit Huishouden Van Jan Steen.
De dag begint vroeg: de jongens worden uit bed getrommeld, voorzien van een natje en een droogje en uitgezwaaid. Dan even bijkomen met een kop koffie en een sigaretje. De krant van gister lezen. Nog een kop koffie. Nog een sigaretje. De overweging: Ga ik sporten of niet? Neuh.. Geen zin eigenlijk. Hoewel ik al de hele week niet ben geweest. Vorige week ook niet trouwens. Maar ja, als ik ga sporten, is de hele ochtend alweer zo'n beetje voorbij.
Inmiddels zijn de jongens al een uur geleden vertrokken en zit ik nog altijd in pyama en badjas, met het haar op zolder en mascara van gister tot op mijn kin. Nog altijd niet besloten waarmee ik zal beginnen.
De klok begint al naar half tien te lopen. Ook zonde, ik heb nog niets gedaan! Ja, nu ga ik dan beginnen. Na nog een kop koffie en een sigaretje. En dan begin ik echt. Maar echt.
Aan de andere kant: ik heb gister een late dienst gehad. De wegen waren erbarmelijk slecht, zodat ik een uur over de terugweg heb gedaan. Waarom moet ik dan eigenlijk de volgende dag direct in de houding staan? Pff, ik heb toch ook recht op even braakliggen? Ja, dat heb ik! Na de derde kop koffie sta ik mezelf toe om even te surfen op het www. Weer een half uur verder. En nog steeds in badjas en aanverwanten.
Ik stel mezelf doelen: Wat wil ik vanavond in ieder geval gedaan hebben?
- Badkamerkastje is geschilderd
- Beneden is alles gestogzuigd
- Vaatwasser is uitgepakt
- Was is weggewerkt
- Een verantwoord diner is gekookt en opgegeten
- Ik heb gesport
Inmiddels is het half tien en pak ik mezelf bij de kladden: Nu douchen en dan een uur (kookwekker!) aan de slag. Waarschijnlijk ben ik dan het hele lijstje af, behalve het sporten, voordat ik vanmiddag naar de school van de kinderen moet voor de rapportbesprekingen.
Al met al duurt het toch vaak nog een uur voordat ik de moed heb opgebracht, ik mezelf naar de douche heb gesleept en een start heb gemaakt.
Ben ik nu de enige? Of is het toch beter om een baan binnen kantooruren te hebben om enige structuur in mijn leven te krijgen?

Jarig

Dat je op de bank zit, en je bloedjes samen naar het dorp zijn. Dat ze terug komen, op je af stormen, een hand uitsteken en roepen: "En nog gefeliciteerd!" en je een aantal pakjes in je hand duwen, waarin een stel gekleurde stompkaarsen en een plak van je favoriete chocolade. Dat je voor je ziet hoe ze samen bij de Blokker aan het zoeken waren, en de kaarsen netjes in hebben laten pakken.


Waarna de jongens zich als 1 man omdraaien en over gaan tot de orde van de dag.

dinsdag 2 februari 2010

Een nieuwe start

Net vers na mijn 39e verjaardag -of, zo je wilt mijn veertigste levensjaar- besloot ik te starten met een blog. Heb ik dan zo veel te vertellen? Nou neuh, maar het is misschien al leuk voor het nageslacht. Hoewel, nageslacht.. Op dit moment is het meer duivelsgebroed, maar ook de puberteit gaat weer voorbij is mij beloofd.

Op mijn hyves-blogje krijg ik altijd prettige reacties, dus waarom niet de stap naar een grote-mensen-blog maken? Bovendien zijn er een aantal nieuwe dingen in aantocht: Een (hopelijk) nieuwe baan, een nieuwe fotocamera, en verder is er in een huis waar de testosteron welig tiert altijd wel wat te doen.